Overdosis tempels en het echte Cambodjaanse leven

Het derde land kan ik ook alweer van m'n lijstje afstrepen. De tijd vliegt, want ik ben alweer over de helft van m'n reis. Cambodja was een erg interessant en mooi land. Gek genoeg was het ook relatief prijzig, terwijl het het armste land is in deze regio. Hoe dan ook, was het zeker de moeite waard.

In Battambang verbleven we spotgoedkoop in een behoorlijk luxe hotel met zwembad. Daar hebben we dan ook direct van genoten toen we daar aankwamen. Die avond zijn we naar een circusvoorstelling geweest van Phare Ponleu Selpak. Hierbij moet je niet denken aan een circus met dieren, maar meer aan Cirque du Soleil. Dit circus leidt kinderen op en zorgt dat ze ook Engels en zelfs Frans leren. De show was heel indrukwekkend en erg grappig. Het waren niet alleen acts, maar er zat echt een verhaal in. De show waar wij naartoe gingen, ging over een paar jongens op school die geplaagd werden door geesten. Af en toe zeiden ze dingen in het Khmer of het Frans (zo zie je maar waar m'n Frans nog van pas komt), maar uit het acteren bleek ook heel goed wat er bedoeld werd. Kortom, het was echt een ontzettend leuke avond.

Voor de volgende dag hadden we besloten een tour te doen met Huot, de tuktuk chauffeur, die ons de dag ervoor naar ons hotel had gebracht. Dit soort tours proberen ze je natuurlijk altijd aan te smeren, maar dit klonk ook wel echt heel goed. Deze tour deden we samen met een jong Duits/Brits stel, wat erg gezellig was. 's Ochtends gingen we eerst kort naar een tempel met een groot buddhabeeld en daarna langs allemaal kleine dorpjes. Hier lieten ze ons zien hoe ze rijstpapier (voor loempia's en dergelijke), rijstwijn, rijstnoodles, bamboo sticky rice (rijst bewaard in bamboe als soort broodtrommel) en bananenpapier van gedroogde bananen werd gemaakt. Daarna hebben we een ritje op de bamboetrein gemaakt wat overal genoemd wordt als één van de hoogtepunten. Helaas is het 7 km lange spoor niet zo lang geleden opgeheven en kun je nu alleen nog een ritje maken van 100 m. Dat viel dus een beetje tegen, maar het systeem blijft nog steeds heel slim. De trein is eigenlijk gewoon een simpel platform op wielen dat makkelijk uit elkaar te halen valt, waardoor er tweerichtingsverkeer op één spoorlijn mogelijk is. 's Middags zijn we naar een heuvel gegaan waar een killing cave was en nog een paar tempels. Het mooiste was echter het uitzicht over de rijstvelden vanaf daar. Vervolgens hadden we het idee dat Huot wilde dat we daar gewoon gingen relaxen totdat we met zonsondergang naar de vleermuizengrot zouden gaan, maar daar hadden we weinig zin in. Gelukkig bleek hij toen toch nog wel wat ideetjes te hebben en hebben we nóg twee tempels gezien en een stop gemaakt bij een mooi rijstveld. Daarna zijn we naar z'n geheime spot gegaan op de heuvel vanwaar we de vleermuizen goed zouden kunnen zien. Na zonsondergang vliegen er op die plek namelijk miljoenen vleermuizen hun grot uit, wat een erg spectaculair gezicht was. Terug in het hotel zijn we voor een avondduik gegaan, want het was een hete dag geweest.

Mijn idee was om in elk land een cooking class te doen en in Cambodja hebben we die in Battambang gedaan. We gingen eerst naar de markt om wat laatste ingrediënten te kopen. Hier konden we ook genieten van hoe ze vissen en slangen daar ter plekke voor je doodmaken zodat het extra vers is, is dat niet fijn. Gelukkig was ik al voor de vegetarische optie gegaan, want nadat je dat ziet heb je betrekkelijk weinig zin meer in vlees. Toen hebben we lok lak, amok, green mango salad en banana/tapioca/coconut gemaakt. Het eerste gerecht is echt m'n favoriete gerecht. Standaard is het met rund, maar ik had het met tofu en dat is gemarineerd met een sausje van onder andere ketchup en chilisaus. Daarnaast wordt het geserveerd met rijst, ei, wat salade en een pepersausje. Het is echt heel lekker dus dat ga ik zeker thuis nog eens proberen te maken. Verder was amok een soort zachte curry, ook erg lekker. De green mango salad leek erg op de papaya salad die we in Vietnam hadden gemaakt en het laatste gerecht was een heerlijk toetje. Na het koken moesten we wel een beetje haasten, want die middag zouden we de bus hebben en net toen we onze gerechten aan het opeten waren kregen we te horen dat we de bus een uur eerder moesten hebben en dus direct naar ons hotel terug moesten. Gelukkig hadden we het allemaal gehaald en hadden we eigenlijk niet zo erg hoeven haasten, want de bus ging zelfs wachten op een gozer die z'n oplader in het hotel vergeten was. Toen zaten we vier uur in de bus naar Siem Reap en daar had ik afgesproken om een meisje van m'n dispuut (L) te ontmoeten. Dit was een heel leuk weerzien zo aan de andere kant van de wereld!

Dé plek die je in Cambodja gezien moet hebben is Angkor Wat. Eigenlijk klopt dat niet helemaal, want Angkor Wat is maar één van de ontzettend veel tempels daar, maar het Angkor complex staat zeker op iedereens lijstje. Er zijn echt enorm veel tempels dus we hadden besloten om voor een drie-dagen-pas te gaan. De eerste dag hebben we met z'n vieren (J, L, een Duitse jongen die L in de bus ontmoet had, en ik) de Roluos group bezocht en de tempels op de Big Circuit. We wilden namelijk de wat kleinere tempels eerst doen en het beste voor het laatst bewaren, omdat we anders bang waren dat de rest tegen zou vallen. Elke dag hadden we onze eigen tuktuk gehuurd, want in de tempels zelf moet je al best veel lopen en het was elke dag bloedheet dus we hadden weinig zin om nog sportiever bezig te zijn. De hoogtepunten van de eerste dag waren Baphon en Preah Khan. Daarna wilden we nog de zonsondergang zien bovenop een berg, maar nadat we al naar boven geklommen waren bleek dat er maar plaats was voor 300 mensen en die 300 mensen waren er natuurlijk al lang en niet meer van plan weg te gaan. Toen zijn we dus maar snel weer naar beneden gelopen en hebben we de zonsondergang boven de gracht rondom Angkor Wat gezien.

De tweede dag waren we nog maar met z'n drieën, want de Duitse jongen wilden wat anders doen dan wij. We zijn om 4.15 uur opgestaan om de zonsopgang bij Angkor Wat te zien. Helaas was het erg bewolkt en zagen we het wel lichter worden, maar een zonsopgang kon je het niet echt noemen. Daarna zijn we direct doorgegaan naar de verder weg gelegen tempel Banteay Srei, ook wel de lady temple genoemd. Deze tempel is vrij klein maar vooral erg bijzonder omdat de carvings nog zo goed bewaard zijn gebleven. We waren daar toen de tempel net open was en gingen weg toen er een tourbus vol toeristen aankwam, dus dat was perfecte timing. Daarna hebben we nog drie tempels van de Small circuit bezocht. Ta Phrom was daarvan de indrukwekkendste en dat was dan ook degene waar de meeste toeristen waren. Deze tempel is zo bijzonder omdat hij erg overgroeid is door de natuur. Nadat Angkor verlaten was, is het erg overwoekerd door de natuur en het duurde daarom wel enige eeuwen voordat de tempels ontdekt werden. Bij Ta Phrom zijn er op heel veel plaatsen bomen die en in de muren groeien, wat voor spectaculaire beelden zorgt. Omdat we zo vroeg begonnen waren, waren we ook relatief vroeg wel klaar. Toen hebben we nog lekker op de markt wat geshopt en een Engelse film met Khmer ondertiteling in de bioscoop gezien om even iets compleet anders te doen.

Doordat de zonsopgang zo tegen was gevallen wilden we op de derde dag weer om 4.15 uur opstaan om de zonsopgang te zien. De weersvoorspelling was echter al slecht en toen we opstonden leek het weer enorm bewolkt. Toen hadden we dus maar besloten om de tuktuk te cancelen en een rustdagje te pakken. We zijn lekker weer ons bed ingekropen en hebben heerlijk uitgeslapen. Die dag hebben we bijna niks gedaan, behalve 's avonds een yogales. Onze spieren konden wel even wat stretchen gebruiken.

Die dag daarna zijn we voor de derde keer om 4.15 uur opgestaan en nu zagen we heel veel sterren dus het was in elk geval niet bewolkt. Het was nog steeds geen super spectaculaire zonsopgang, maar we zagen wel wat kleuren en het was zeker de moeite waard. Daarna hebben we Angkor Wat bezocht. Het mooiste hieraan bleek eigenlijk het geheel en het silhouet te zijn. Binnen waren er op de eerste laag wel veel decoraties, maar hoger niet zoveel. Misschien kwam dit ook omdat we al zoveel tempels bezocht hadden. Angkor Thom hadden we voor het laatst bewaard. Angkor Thom is zelf geen tempel maar een grote stad met daarbinnen een paar tempels. De belangrijkste hiervan is Bayon, de tempel met de gezichten. Deze tempel bestaat namelijk uit 37 torens met daarop Buddhagezichten. Ze zeggen dat het gezicht van de koning die deze tempel heeft laten maken ook terug te zien is in de Buddhagezichten. Op de onderste lagen zijn nog enorm veel goed bewaarde carvings die onder andere verhalen vertellen over de oorlog tegen de Champa. Binnen zijn er ook telkens weer mooiere plekjes te vinden vanwaar je de torens en gezichten kan zien. Dit was wel één van de meest spectaculaire tempels. Daarna hebben we nog een andere tempel bezocht en over de terrace of the elephants en terrace of the leper king gelopen, maar die waren niet super bijzonder en daarna waren we ook wel echt klaar met tempels en klaar met lopen. Na afloop hebben we dan ook heerlijk ontspannen met een voetmassage van een halfuur voor maar $1!

Toen was het alweer tijd om afscheid te nemen van L, want zij ging naar Battambang en J en ik gingen door naar Banlung, in het noordoosten van Cambodja. Die dag zijn we van 8 uur 's ochtends tot half 4 's middags (met twee korte stops) onderweg geweest. Toen we daar aankwamen hebben we niks meer gedaan behalve heel even aan het zwembad gehangen maar het was best frisjes.

In Banlung zelf is niet zoveel, maar waar het vooral bekend om staat is om de trekkings die je daar kan doen naar ethnic minority villages en Virachey National Park. Wij hebben dan ook een driedaagse trekking gedaan samen met vier Fransen (heb weer m'n Frans ontzettend kunnen oefenen) en één Duitser. Eerst gingen met de tuktuk naar een dorpje en met een ferry, die bestond uit drie aan elkaar gemaakte boten met wat planken eroverheen, naar de overkant van de rivier. Vandaar hebben we zo'n drie uur gelopen naar het dorpje waar we zouden overnachten. Deze eerste dag was niet zo bijzonder, want we liepen voornamelijk door bossen die je ook in Europa wel zou kunnen vinden. Het dorpje was wel heel leuk, want er waren veel kleine kinderen die erg geïnteresseerd in ons waren. Er was echter geen wc, je moest je behoefte gewoon in de natuur doen, en een heel erg simpele douche, namelijk een put waaruit je met een emmer water haalt en over jezelf gooit. Verder sliepen we in hangmat onder het huis dat op palen gebouwd was. Een echte ervaring dus. 's Nachts koelde het heel erg af en zelfs met een dikke trui aan was het best frisjes. Ook kan ik je vertellen dat een hangmat na een paar uur niet meer erg comfortabel is. Ik werd dan ook na 3 uur 's ochtends elk uur zo'n beetje wel wakker om me om te draaien en weer op te krullen tegen de kou. Maar het was zeker iets om van m'n bucketlist af te strepen.

De tweede dag gingen we het national park in en hebben we eerst 4,5 uur gelopen. Op een gegeven moment liepen we ook door een gebied met bloedzuigers. Dit wisten wij niet van tevoren dus we liepen daar gewoon in shorts, maar konden we ze bijna allemaal van ons afkrijgen. Ik heb maar één beet gehad. Wat wel een beetje eng was, was dat ze door de luchtgaatjes van je schoenen konden kruipen. Dus toen we onze schoenen uittrokken zaten er minstens vijf bloedzuigers op elke sok. We konden daarna even afkoelen en bijkomen bij een waterval, waar we in konden zwemmen. De terugweg was gelukkig korter en er waren nauwelijks bloedzuigers. In het national park liepen we echt door de jungle en hebben we heel erg grote, oude bomen gezien. Daarna waren we echt uitgeteld en ik lag al om half 9 in m'n hangmat.

De laatste dag namen een leukere weg terug langs nog meer dorpjes en door rijstvelden. Ook al had het ondertussen al drie dagen niet gerend, toch waren er nog steeds her en der grote plassen en modderpoelen. Dus soms moesten we over boomstammen of een andere weg zoeken. Één keer op de laatste dag namen we een omweg, maar die was nog steeds erg modderig dus toen waren m'n schoenen nat, gelukkig hadden wij ontzettend goed weer en waren ze snel weer droog. Al met al was het een leuke trekking, al vond ik het niet een super bijzondere omgeving, maar dat komt misschien omdat ik ondertussen al zoveel gezien heb. De ervaring was wel echt geweldig.

Vanuit Banlung zijn we de grens overgestoken naar Laos. We hadden een combiticket, maar zijn zelfstandig de grens overgestoken, omdat de busman die het organiseerde weer extra geld vroeg. Bij de Cambodjaanse grens vroegen ze natuurlijk ook weer een stamping fee, maar na volhouden dat we dat niet gingen betalen kregen we een stempel zonder te betalen. Daarna moesten we de Laotiaanse grens nog over ook daar moesten we weer $1 extra betalen en vervolgens nóg een keer. Daar hebben we ook stennis geschopt, want deze keer stond het oprecht nergens aangegeven, maar de man ging echt niet toegeven dus toen hebben we het toch maar betaald. Dit scheelde ons overigens nog steeds $5 vergeleken met de busman. Dus dat was ook weer een avontuur.

Na de grens moesten we nog met een bus en een boot en tussendoor even snel rennen naar de pinautomaat, die alleen maar briefjes van omgerekend €2 gaf. Nu zijn we in Don Det, één van de vierduizend eilanden. Morgen gaan we hier erg van genieten.